Lekker puh

Jaloezie of afgunst is een emotie waarmee je niet voor de dag kunt komen op verjaardagsfeestjes. Helaas valt er niet aan te ontkomen, net zo min als bijvoorbeeld blozen. Hooguit kun je de symptomen van jaloezie proberen te temperen. Conditionering en opvoeding helpen daarbij.

Blozen komt – behoudens als verschijnsel van lichamelijke ongemakken zoals de overgang en beschonkenheid – voort uit het niet meteen kunnen wegvluchten uit onverwachte stressvolle omstandigheden. Maar anders dan jaloezie is blozen algemeen sociaal geaccepteerd. Het straalt authenticiteit uit. In ongemakkelijke situaties zoals die zich kunnen voordoen bij opbloeiende relaties wordt blozen zelfs wel schattig en aandoenlijk gevonden.

Dat geldt niet voor jaloezie. Jaloezie vindt iedereen een lelijke emotie. Tegelijkertijd is het een gemoedsaandoening die diep geworteld is in ons reptielenbrein. Het ontspruit uit het gegeven dat de ander betere mogelijkheden heeft, van welke aard ook, om te overleven. Kinnesinne komt bij alle gewervelde dieren voor, zelfs bij vissen. Wanneer iemand beweert geen last te hebben van jaloezie, dan jokt diegene.

Waar vissen, reptielen, vogels en zoogdieren datgene waar zij jaloers op zijn, zoals voedsel, gewoon kunnen proberen af te pakken, moeten wij ons als hoogontwikkelde sociale wezens verbijten en tandenknarsend toezien hoe de ander meer verdient, hoger opgeleid is, in een dikkere auto rijdt, in een groter huis woont of een mooiere partner heeft. Dat laatste heeft overigens meestal een directe relatie met het gegeven dat die ander zelf ook mooier en fitter is: nog iets om jaloers op te zijn. Allemaal factoren die je vooruit helpen in de strijd om het bestaan.

Hoe uit zich na-ijver dan? Er zijn tal van symptomen, het een nog meer uitgesproken dan het ander. Gramschap, droefenis, verbale of zelfs fysieke uitingen, dwarszitten, competitief gedrag, met de nek aankijken, belachelijk maken en geveinsde onverschilligheid maken stuk voor stuk deel uit van het spectrum. Maar dat is allemaal nog wel te onderdrukken. Goede papa’s en mama’s geven dat in de opvoeding mee.

Eén bepaalde uiting van nijd manifesteert zich evenwel op een wijze die de regelrechte schuld is van het reptielenbrein en waarvan de meeste mensen zich niet bewust zijn. En dat is verstrakking. Heel even maar. Maar onmiskenbaar. Een plotseling zwijgen, een kortstondig staren, versteende lichaamstaal. Gelijktijdig. Met een krachtige focus op het onderwerp van de ijverzucht. Op het moment dat dit wordt benoemd of zich anderszins openbaart. Let u er maar eens op.

Ik ga een stukje rijden in mijn dikke, blitse auto.